Als nabeschouwing van mijn ligfietsreis in Cambodja wil ik graag enkele nuttige tips aan toekomstige (fiets-)reizigers aanreiken. Specifieke vragen over mijn ervaringen als fietsreiziger in Cambodja kan je via de interactietools van deze blog stellen.
Navigatie
Na mijn vorige fietsreis in Myanmar heb ik me een nieuwe smartphone uit de hogere prijsklasse aangeschaft. De Samsung Galaxy S4 was in Cambodja mijn navigatietoestel. In tegenstelling tot mijn vorige goedkope smartphone en mijn iPad mini kon dit toestel me steeds vertellen waar ik precies op de kaart was. Gewoon een tiental seconden wachten, en het pijltje verplaatste zich naar mijn huidige positie. In hoofdzaak navigeerde ik met de MAPS.ME app met Open StreetMaps. Af en toe vulde ik deze app aan met Google Maps. De ‘points of interest’ (hotels, restaurants, bezienswaardigheden) van beide apps waren deels hetzelfde en deels verschillend, dus beide apps vulden elkaar aan. Niettemin stelde ik soms conflicten vast tussen tussen beide apps. De ene app tekende een weg op de ene wijze, terwijl de andere dezelfde weg elders baande. Meestal had MAPS.ME gelijk, zoals bijvoorbeeld bij de weg van Siem Reap naar de Banteay Srei tempel en het landmijnenmuseum. De schaarse wegwijzers bevonden zich in de steden of bij kruispunten van twee snelwegen, en waren steeds tweetalig Khmer-Engels.
Staat van de wegen
Ik heb in Cambodja hoofdzakelijk op de snelwegen gefietst. Alle snelwegen die ik heb befietst waren geasfalteerd. De tijd van de stoffige wegen van rode aarde zoals op de iconische coverfoto van de reisgids van Bernadette Speet, ligt definitief in het verleden, althans voor de hoofdwegen die ik befietste. De kwaliteit van het asfalt varieerde, maar was steeds befietsbaar. Sommige stukken waren ambachtelijk vernieuwd door middel van een laag pek met kiezels, en dit fietste minder aangenaam. Ik passeerde vaak wegenwerken waarbij men alvast het oude asfalt had verwijderd zodat een stoffige zandstrook vol putten overbleef. De wegenwerkers namen dikwijls te veel hooi op hun vork. Ze braken meer af dan ze konden vernieuwen.
De snelwegen hadden meestal een zijstrook om het soms drukke verkeer te ontvluchten. Helaas was de strook niet altijd verhard en soms 15 cm lager dan de hoofdweg, en dus niet altijd bruikbaar voor fietsers. Een achteruitkijkspiegel is essentieel om het langs achter naderende verkeer in de gaten te houden. Als ik een vrachtwagen zag naderen, week ik tijdig uit naar de zijstrook. Ik had zelfs twee achteruitkijkspiegels gemonteerd zodat ik beide kanten achter mij in de gaten kon houden. De rechtse spiegel kwam ook goed van pas in Thailand waar men links rijdt. In het totaal heb ik tijdens mijn ligfietsreis 1.640 km gefietst met dezelfde Schwalbe Marathon banden als mijn fietsreis in Myanmar in 2013. Evenals toen had ik geen enkele lekke band.
Diefstalrisico
Cambodja is een straatarm land, diefstal is dus verleidelijk als je van minder dan 1$ per dag moet leven. Ik legde mijn ligfiets nagenoeg altijd vast aan een boom, een paal of een hek, tenzij ik oogcontact kon onderhouden. Behalve een spiraalslot had ik ook een stalen antidiefstal kabel van 2,5 meter met cijferslot bij. Met deze kabel kon ik mijn fiets makkelijk aan een dikke boom vastleggen. Daarenboven gebruikte ik de kabel als afschrikking voor tasgraaiende jongens achterop motorfietsen. Als ligfietser kan ik mijn tas alleen maar achter mij op het bagagerek plaatsen. Preventief bind ik mijn achtertas stevig vast aan mijn bagagerek. Als ik onderweg was met al mijn bagage, hoefde ik al die moeite niet te doen. Ik maakte immers steeds in mijn banaantassen een plekje vrij voor de achtertas. Vermits de banaantassen naast mij over de zetel hangen, zijn ze goed beschermd tegen tasgraaiers.
Geldzaken
Volgens de reisgidsen tref je geldautomaten uitsluitend in de steden aan. Volgens mij kan je in de grotere dorpen ook geld pinnen in de grijze mammoetgebouwen van ACLEDA Bank die de skyline van de landelijke dorpscentra domineerden. Uit de meeste geldautomaten kan je uitsluitend US dollar afhalen. Afgeronde bedragen werden steevast in briefjes van 100$ uitgekeerd. Vraag je bijvoorbeeld 300$ aan de automaat, dan krijg je drie briefjes van honderd. Het 100$ biljet is veel te groot voor courante betalingen. Alleen luxehotels kunnen teruggeven. Een hotelkamer van 15$ kan je niet met een 100$ biljet betalen, laat staan een restaurantrekening. Om kleinere biljetten uit de muur te halen, paste ik een trucje toe. Als ik bijvoorbeeld 200$ wilde afhalen, dan vroeg ik slechts 195$. Zo kreeg ik slechts één briefje van 100, en de rest werd in kleinere coupures uitbetaald. Volgens de Lonely Planet kan je bij de Canadia Bank geld uit de automaat halen zonder extra kosten. Dit klopt niet, deze bank rekende mij steeds 4$ kosten aan. Andere banken vroegen soms 5$, dus Canadia Bank is niet bij de duurste banken.
Betalingen gebeurden zowel in dollar als in riel. De algemene regel was dat 1$ steeds het equivalent van 4.000 riel is. Bedroeg de restaurantrekening bijvoorbeeld 10.000 riel, dan kon je dit bedrag in riel passen, of je gaf 3$ en je kreeg 2.000 riel terug. Andersom kreeg je soms 1$ terug als je een rekening van 6.000 riel met een biljet van 10.000 riel betaalde. Wegens de voortdurende wisselwerking tussen dollar en riel heb ik geen zicht op mijn budget voor eten en drinken. Wissel daarom nooit grote bedragen in riel, want door middel van teruggave in riel op dollarbetalingen ontvang je meer riel dan je wenst. Ik had geluk in deze carrousel, want toen ik na een kleine maand terug in Thailand kwam, had ik amper 5.200 riel (1,19 EUR) over. Geld wisselen kan je in elke stad op de lokale markt. Behalve het visum aan de grens, heb ik in Cambodja nooit met Thaise baht betaald. De Birmese obsessie voor kreukvrije fonkelnieuwe dollarbiljetten heeft Cambodja gelukkig nog niet besmet. Een gekreukt dollarbiljet met een ezelsoor werd zonder problemen aanvaard.
Hotelreservaties
Voor ik vertrok had ik van thuis uit slechts vier hotels geboekt: Bangkok, Siem Reap, Phnom Penh, en Tatai. Het New Siam Riverside Guest House in Bangkok boekte ik op voorhand met het oog op de airport pickup van mijn fietsdoos. De Rainbow Lodge nabij Tatai reserveerde ik wegens het beperkte aanbod in de omgeving en omdat het alleen per boot bereikbaar is (je kan er niet zomaar langsfietsen). Het King Boutique Hotel in Siem Reap en het Villa Langka Boutique Hotel in Phnom Penh boekte ik vanuit mijn woonkamer wegens de drukke toeristische steden waarin ze liggen. Indien je in Siem Reap of Phnom Penh op de bonnefooi aanklopt, dan zijn de beste hotels al lang volzet. Dit probleem ondervond ik in Kampot en Sihanoukville waar ik niet tijdig op voorhand een kamer had gereserveerd. In Kampot kwam ik aan op de dag van het Chinese nieuwjaar, een officieuze feestdag in Cambodja. In Sihanoukville had ik de avond voordien na urenlang zoeken gelukkig op de valreep nog een vrije kamer gevonden. Daarom raad ik aan om ook in deze steden tijdig een kamer te boeken, zodat je zeker in het hotel van je eerste keuze terecht kan. In de minder toeristische steden onderweg kon ik op de bonnefooi steeds bij mijn eerste keuze terecht. Een kamer boeken in steden als Sisophon en Pursat is volgens mij onnodig. Ten slotte heb ik nog een tip als je wanhopig een kamer in een volgeboekte stad zoekt. Bestudeer op de kaartenapps (bijvoorbeeld MAPS.ME en Google Maps) op de kaart het gebied waarin je graag wil logeren. Je treft er vaak hotels aan die niet in de Lonely Planet staan, die niet te vinden zijn op Tripadvisor, en die niet samenwerken met hotelboekwebsites als Booking.com of Agoda. Soms hebben deze hotels wel een eigen website waarop je een kamer kan boeken. Via deze weg ontdek je hotels waarvan je niet wist dat ze bestonden.
Geef een reactie