

Voor het uitchecken zwom ik nog een laatste keer in het zwembad van het guest house. Waarschijnlijk zal de eerstvolgende zwembeurt pas over enkele maanden plaatsvinden. Om 10:20u nam ik de rivierboot naar de aansluiting met de Skytrain. Vervolgens spoorde ik hoog boven de grond in een ijskoude metrowagon naar het moderne stadsdeel van Bangkok. Vandaag wilde ik shoppen, en deze wijk kent een hoge concentratie van shoppingcentra en uitgestrekte markten. Eerst liep ik CentralWorld binnen, één van de grootste shoppingcentra van Zuidoost-Azië. Ik wandelde hier een half uurtje rond, en wandelde vervolgens verder.
De volgende bestemming was de Pratunam markt. Deze markt strekte zich in werkelijkheid veel verder uit dan de L-vorm op de kaart. In de wirwar van kleine winkeltjes liep ik al gauw verloren. Soms kwam ik terug in de open ruimte, en kon ik via de GPS op mijn smartphone bepalen waar ik precies was. Het aanbod van de markt bestond overwegend uit dameskledij, dus ik was het snel beu. Uiteindelijk vond ik een uitweg en stond ik terug op straat.
Op de terugweg bezocht ik nog een tweede shopping mall voor een toiletbezoek. Vervolgens nam ik de kanaalboot naar de wijk Banglamphu. Een enkel ticketje voor deze boot kostte slechts 9 Baht (0,25 EUR). Vlakbij de voorlaatste halte zag ik nog een lokale kledingmarkt. Impulsief stapte ik af en slenterde door de markt. Nadien stapte ik terug aan boord van een kanaalboot tot de volgende halte.
Uiteindelijk beëindigde ik mijn shoppingdagje zonder buit. Omstreeks 15:30u was ik terug in de wijk van mijn hotel, anderhalf uur voordat de minibus me zou oppikken. Om de tijd te doden slenterde ik rond in de wijde omgeving van de backpackersbuurt van Khao San Road. Mijn favoriete eetstalletje dat gloeiendhete rijstsoep met gehaktballen serveert was helaas nog in opbouw. Bijgevolg at ik op de valreep nog een kom Vietnamese noedelsoep.
De minibus had weinig last van de avondfile. Na een rit van amper 40 minuten werden mijn fietsdoos en mezelf aan de Suvarnabhumi luchthaven afgezet. De dames aan de check-in van Qatar Airways stuurden me eerst om de hoek naar de afdeling ‘oversized baggage’. Mijn fietsdoos paste niet in de scanner, dus ik moest de doos openen en mijn ligfiets uitpakken. De ligfiets paste ook maar nauwelijks in de scanner. Volgens mij was de luchthaven niet voorzien op echt bovenmaatse bagage zoals mijn fiets. De scanoperatoren hielpen me om de ligfiets terug in de doos te krijgen en om de doos terug dicht te plakken.
Nadat de fietsdoos veilig was verklaard, mocht ik via een aparte check-in balie de lange wachtrij voorsteken. Qatar Airways voerde vanavond twee vluchten naar Doha uit. Ik had een plaats geboekt op de tweede vlucht van 20:45u. De baliebediende herboekte me evenwel naar de eerste vlucht van 19:55u omdat dat vliegtuig een grotere bagagecapaciteit had. Plotseling moest ik me haasten om mijn vlucht te halen. Met een ‘premium lane pass’ mocht ik de langs de veiligheidscontrole voor de VIP’s gaan, waarlangs de diplomaten en de aircrew het plebs voorsteken. Via deze shortcut haalde ik probleemloos de vroegere vlucht, die met tien minuten vertraging opsteeg. We landden vroeger dan voorzien in Doha zodat ik uiteindelijk een uur en een kwartier meer dan gepland in de transferhal van de luchthaven op de aansluiting naar Brussel moest wachten.
Fietsstatistieken:
0,00 km
0 u 0 min
0,00 km/u
Vandaag was het tijd om mijn ligfiets op te bergen en anoniem op te gaan in de toeristenmassa van Bangkok. Ik besloot het andersom te doen. Eerst bezocht ik enkele toeristische toppers, en in de late namiddag pakte ik mijn fiets in. Na het ontbijt regelde ik de transfer naar de luchthaven voor morgen. Een minibus zal mij en mijn fietsdoos morgen om 17:00u aan het guest house oppikken en naar de luchthaven brengen. Deze service kostte me 1.175 Baht (32,43 EUR). Zonder fietsdoos zijn er natuurlijk tal van alternatieven voor een fractie van deze prijs. Pas na 10 uur stapte ik aan boord van een rivierbus op de Chao Phraya.
De eerste halte was het Koninklijk Paleis. In tegenstelling tot Phnom Penh krioelde het in het Thaise paleis van de toeristen. Het entreegeld van 500 Baht (13,80 EUR) was ook een pak meer dan de 25.000 Riel (5,51 EUR) in Phnom Penh.
Toen ik het paleis had gezien wandelde ik naar de nabijgelegen Wat Pho met een gigantische liggende boeddha. Vervolgens voer ik naar Chinatown. Alvorens de wijk te verkennen at ik een bord gebakken noedels bij een eetstalletje op straat. In de nauwe winkelstraatjes werden voornamelijk superkitscherige prullaria in smalle en extreem diepe winkeltjes verkocht. Ik vond er ook teensokken om bij teenslippers aan te doen. Helaas moest ik steeds de volledige doos kopen. Twaalf paar identieke teensokken kopen is er over, één of twee paar was voor mij al ruimschoots voldoende.
Na het bezoek aan de Chinese wijk keerde ik terug naar het guest house om mijn ligfiets in te pakken. Helaas zag ik net een rivierbus vertrekken, en moest ik ruim twintig minuten op de volgende wachten. Na de betaling van 420 Baht (11,59 EUR) consignatiegeld a rato van 15 Baht (0,41 EUR) per dag kreeg ik mijn fietsdoos terug. Zoals gewoonlijk sukkelde ik lange tijd om de pedaal los te schroeven. Eenmaal ik deze zware hindernis had genomen, begon ik mijn fiets in te pakken. Aan de hand van de foto’s en de plaatsinstructies die ik op de piepschuimen blokken had geschreven reconstrueerde ik de bescherming.
Om 17:20u stond mijn ingepakte ligfiets terug achter de balie. Na de douche genoot ik in het zwembad van de zonsondergang.
Om mijn laatste dag in Bangkok af te sluiten heb ik s’avonds met drie gangen op het terras van het guest house gedineerd.
Fietsstatistieken:
0,00 km
0 u 0 min
0,00 km/u
Om de bus van negen uur naar Bangkok te halen stond ik al om zeven uur op. Het lokaal restaurantje waar ik ontbeet serveerde uitsluitend noedelsoep, en dat kwam deze morgen niet zo goed uit. Voor een lange busreis probeer ik zo weinig mogelijk te drinken om vervelende plasstops te vermijden. Bijgevolg at ik de noedels en de gefrituurde garnalen maar liet ik het vocht staan. Toen ik terug naar het hotel wandelde begon het te regenen. Meerdere regenbuien volgden in de loop van de dag. Gelukkig stond er vandaag geen fietsetappe op het programma.
Ik arriveerde driekwartier te vroeg aan het busstation van Trat. De loketbediende wilde nu wel een ticket voor mij en mijn ligfiets verkopen, niettegenstaande ze bezorgde grimassen trok en tegen zichzelf jammerde. Mijn ticket kostte 254 Baht (7,01 EUR) en voor mijn ligfiets betaalde ik 150 Baht (4,14 EUR) extra. Een collega van de loketbediende bracht me naar de juiste bus en regelde dat mijn ligfiets in de bagageruimte onderaan de bus mocht liggen.
Ik had een comfortabele dubbeldekker verwacht, maar het werd een aftandse bus. De bus vertrok stipt om 9:00u richting Bangkok. Ze stopte onderweg veelvuldig om passagiers op te pikken totdat ze helemaal vol zat. Om 12:40u stopte de bus in de gietende regen voor een kwartier bij een klein restaurant en winkel met achterin een sanitaire blok. Vlug bestelde ik een bord rijst met twee bijgerechten, dat ik snel naar binnen schrokte.
Toen we de miljoenenstad Bangkok naderden vertraagde het verkeer. Uiteindelijk arriveerde de bus pas om 15:20u in de Ekamai Bus Terminal in het oosten van Bangkok. Mijn ligfiets had de busrit goed verteerd, met uitzondering van een kras op de bagagedrager. Langs de brede en drukke stadsboulevards fietste ik naar mijn hotel in de wijk Banglamphu in het westen van de stad. Voor elk verkeerslicht stond een file. Samen met de motorfietsen fietste ik tussen de stilstaande auto’s naar het kruispunt. Dit vergde concentratie en stuurmanskunst om in de vaak smalle ruimte tussen de auto’s te fietsen zonder een auto te raken. Soms was de ruimte tussen twee auto’s te smal om door te fietsen, en stond ik evenals de auto’s stil tot het verkeerslicht terug op groen sprong.
Om 16:20u na 13 km bereikte ik het New Siam Riverside Guest House. Na dit laatste stukje fietsen staat de totale kilometerstand van deze ligfietsreis op 1.641 km. Tijdens mijn vorige verblijf had ik al een kamer gereserveerd. Desondanks moest ik nog tien minuten wachten voordat ik mijn kamer mocht betreden. Vervolgens werkte ik mijn vertrouwde aankomstritueel af: douchen, zwemmen, en een wandeling in de stad maken. Toevallig zag ik mijn fietsdoos die ik bij het guest house in bewaring had gegeven achter de balie staan. Morgen kan ik mijn ligfiets gewoon in de doos stoppen, en hoef ik niet eerst een nieuwe doos te zoeken.
Fietsstatistieken:
15,45 km
0 u 48 min
19,30 km/u
De laatste etappe van mijn ligfietsreis was niet al te lang. Bijgevolg sliep ik uit tot acht uur, en plonsde ik na het ontbijt nog een laatste keer in het zwembad. Ik lag pas om vijf voor tien op de fiets. Na 2 km bereikte ik de zwaar glooiende snelweg. De zijstrook was vaak nog geen meter breed, en dat is toch smal als de auto’s en vrachtwagens je voorbijrazen. Het verkeer was ook veel drukker dan eergisteren tussen Hat Lek en Khlong Yai, terwijl dat stuk twee rijstroken in elke richting had.
Toen de landstrook tussen de zee en de bergen van Cambodja breder werd, begon de weg geleidelijk aan minder te glooien tot ze bijna vlak werd. Om 12:20u na 48 km stopte ik aan een eenvoudig restaurantje onder een afdak. Ik had reeds vroeger voor de lunch willen stoppen, maar ik kwam niets naar mijn goesting tegen. Voor 30 Baht (0,83 EUR) at ik een bord rijst met kipfilet. Toen ik na de lunch terug op de fiets stapte, naderde ik snel de stad Trat. Hier wil ik morgen de bus naar Bangkok nemen.
Twee kilometer voor Trat fietste ik voorbij een wegwijzer naar het busstation. Ik volgde de wegwijzer, en aan het busstation probeerde ik alvast een ticket voor de bus te kopen. De loketbediende durfde me geen ticket verkopen omdat ze niet kon garanderen dat mijn ligfiets mee kon. Ze raadde me aan om morgenochtend terug te komen. Eerst moet ik zien of mijn fiets in de bagageruimte van de bus past, en vervolgens kon ik het ticket kopen. Er vertrekt elk uur een bus naar Bangkok. Desnoods neem ik de volgende bus die hopelijk wel een grote bagageruimte heeft.
Enkele minuten voor twee stopte ik bij het Rimklong Boutique Hotel in het centrum van Trat. Er was slechts 1 piepkleine eenpersoonskamer vrij, alle normale kamers waren verhuurd. Voor deze minikamer betaalde ik 600 Baht (16,56 EUR). De kamer heeft airco, wifi en warm water. Bovendien ligt er een smetteloos wit donsdeken op het bed. Mijn ligfiets overnacht in een nabijgelegen garage.
Proper gedoucht verkende ik de stad. In de lucht vlogen opvallend veel zwaluwen. De bewoners kweken de zwaluwen op de bovenverdieping van hun huis. Zwaluwnesten zijn een Chinese delicatesse die voordien enkel op onbereikbare kliffen te vinden waren. Het is eens iets anders dan de Vlaamse duivenkoten.
Fietsstatistieken:
58,56 km/u
2 u 39 min
22,08 km/u
Ruim een uur voordat mijn wekker afliep werd ik vanzelf wakker. Terwijl ik verder sluimerde, keek ik af en toe door het raam naar de zonsopgang aan de overkant van de rivier. Ik ben toch even uit mijn bed gekropen om vanop mijn balkon de onderstaande foto te trekken.
Om 8:30u werd ik terug afgezet aan de brug van Tatai. Meteen volgde een beklimming van 1 km om uit de vallei te komen. Nadien volgde nog één zware beklimming. Vervolgens werd de weg zwaar glooiend tot de afdaling naar Koh Kong. Ik fietste frequent over zandstroken ten gevolge van wegenwerken. Waarom kunnen wegenwerkers niet eerst een stuk helemaal afwerken voordat ze het volgende stuk openleggen? Beneden in Koh Kong werd de weg geblokkeerd door een kudde buffels op de wandel.
Na het oversteken van een brug van twee kilometer begon de weg opnieuw zwaar te glooien. Om 10:20u na 29 km bereikte ik de grens met Thailand. Twintig minuten later had ik Cambodja terug ingeruild voor Thailand. Na de grens verdubbelde de weg in tweemaal twee rijstroken met een uitzonderlijk goede asfaltkwaliteit. Dat was een verademing na vier weken fietsen in Cambodja. De sterke glooïng van de weg zag er zwaarder uit dan het in werkelijkheid was. Meestal geraakte ik door de vaart van de afdaling boven op de volgende top.
Ik fietste door het smalste stukje van Thailand. Alleen de smalle kuststrook is Thais grondgebied. Het binnenland met de uitlopers van het Cardamomgebergte maakt deel uit van Cambodja. Soms zag ik links de zee en rechts de bergen van Cambodja. Om half twaalf stopte ik in het stadje Khlong Yai bij een eenvoudig restaurantje voor de lunch. Na 50 kilometer verliet ik de hoofdweg en sloeg ik de kustweg in. Helaas was deze weg in miserabele staat. De stroken waarbij ik rond de putten slalomde wisselden af met zand- en kiezelstroken ten gevolge van wegenwerken. Langs de kustweg passeerde ik verscheidene resorts. Niettemin fietste ik verder naar mijn eerste keuze, met name het Mairood Resort. Omdat ik via de kustweg kwam en niet via de grote baan, zag ik nergens wegwijzers naar dit resort. Bij elke tweesprong vroeg ik de weg aan de lokale bevolking, en uiteindelijk kwam ik omstreeks 14:00u bij het Mairood Resort aan. Het resort is verstopt achterin een vissersdorp, en is uitsluitend bereikbaar via een smal betonnen pad op palen. De vriendelijke eigenaar Chin onthaalde me zeer gastvrij.
In de tuin van het Mairood Resort zijn een zevental bungalows rond een zwembad gelegen. Voor 1.500 Baht (41,40 EUR) heb ik een bungalow met airco, frigo, wifi, warm water en ontbijt. De kamer ziet er een beetje oubollig uit, maar dat heeft zijn charme. Na de douche en de zwembeurt verkende ik het vissersdorp. Toen ik donkere wolken in mijn richting zag komen, ben ik haastig teuggekeerd. Na de regenbui voleindigde ik mijn verkenningstocht. Tot mijn verbazing zag ik nergens een restaurant. Bijgevolg had ik geen andere optie dan in het resort te dineren. Het diner werd stipt om 19:00u opgediend, en was een sociale aangelegenheid.
Fietsstatistieken:
69,51 km
3 u 26 min
20,25 km/u