Het Suimei hotel heeft geen restaurant. Voor het ontbijt stuurde de receptionist me naar een koffiebar in het station. Toen ik na mijn ontbijt terugkwam, was het kamermeisje mijn kamer al aan het kuisen. Ik liet haar rustig doen, en wachtte in een zetel in de lobby. Vijf minuten later kwam ze persoonlijk melden dat ze klaar was. Tegen half tien daalde ik met de fiets 2 kilometer naar het vorige dorp Iryuda. Op 150 meter van het station was hier een wassalon. Ik stopte mijn vuile was in de wasautomaat en stak vier muntjes van 100 ¥ (4 × 0,76 €) in de gleuf. Veertig minuten later was mijn kledij terug proper. Voor nog een muntje van 100 ¥ droogde ik de natte was. Ondertussen verkende ik per ligfiets het steile dorp.
Ik liet de propere was op mijn kamer achter, en wandelde naar het station. Voor 1.540 ¥ (11,80 €) kocht ik een retourticket naar het bergstation Sounzan. Eerst nam ik de bergtrein naar het stadje Gora. Deze trein wisselde onderweg in bijna elke stopplaats van rijrichting. Ik was in de laatste wagon ingestapt, en na de eerste halte zat ik plots vooraan in de trein. In Gora zag ik mensen aan tafels eten in een handelszaak met eentalig Japans uithangbord. Ik veronderstelde terecht dat het een restaurant was. Er was geen wachtrij dus ik kon meteen aan een tafel gaan zitten. Van de summiere menukaart kon ik alleen de prijzen lezen. De Google Translate app had moeite om de handgeschreven menukaart te ontcijferen. Ik herkende het woord ‘ramen‘. Toen de serveerster de bestelling kwam opnemen, sprak ik dit ene woord uit. Even later slurpte ik noedels uit een dampende kom soep.
Na de lunch wandelde ik de steile berg van het stadje op. Na een halve kilometer stapte ik alsnog op de kabeltrein naar Sounzan. Boven kreeg ik een mededeling die me zeer bekend in de oren klonk. Wegens de felle wind was de dienst van de gondelbaan afgelast. De gondel was helemaal niet zo essentieel als de veerboot van gisteren. En vandaag had ik een alternatief. Te voet klom ik op de autoweg verder naar de vulkaankrater van Owakudani. De Baai van Tokyo overzwemmen met ligfiets en bagage is tot nader order niet realistisch. De laatste twee kilometer wandelde ik voorbij een lange file. Ik was eerder boven bij de krater dan de aanschuivende auto’s. Wegens de afgelaste gondeldienst hadden blijkbaar veel te veel mensen voor de auto als alternatief gekozen. De parking kon de toevloed niet slikken. Ook de bussen stonden vast in de file, en waren vandaag geen alternatief.
De vulkaankrater ontstond drieduizend jaar geleden na een gigantische explosie. Vandaag laat de vulkaan nog steeds zwavelhoudend gas los. Boven aan de krater was er geen bescherming tegen de felle wind. Op de uitkijkplateau’s had je zicht op twee natuurlijke attracties. Aan de ene kant zag je gas borrelen uit de krater. Aan de andere kant had je een prachtig zicht op de berg Fuji.
Wegens de koude wind wandelde ik na een kwartier al terug naar Sounzan. Op de kabelbaan en vervolgens op de bergtrein had ik deze keer wel een zitplaats. Terug in Yumoto liep ik langs de talrijke souvenir- en delicatessenwinkels naar het hotel. Achter een uitstalraam zag ik een man kleine gevulde cakejes bakken aan een soort van cirkelvormige lopende band. Na twee rondjes waren ze klaar. Voor de stukprijs van 70 ¥ (0,54 €) kocht ik er vier. Ik at ze meteen met veel smaak op want ze waren nog lekker warm. Na de douche profiteerde ik ervan om meteen in de onsen van het hotel te baden. Ik was pas proper, dus moest ik me bij de onsen niet opnieuw wassen.
Fietsstatistieken:
6,55 km
0 u 26 min
15,08 km/u
Geef een reactie